De menselijke (ir)rationaliteit & het bezitseffect.

De kans is groot dat u ooit verwonderd was van de mens als rationeel wezen. Terecht! De mens heeft al heel wat bewezen doorheen de geschiedenis. Op vlak van het mentaal vermogen zijn we een superieure soort. Wist u trouwens dat ‘sapiens’, zoals in Homo sapiens, Latijn is voor wijs/intelligent? Toch zijn er grenzen aan deze rationaliteit. In verschillende situaties maken we vaak een slechte keuze. We laten ons beïnvloeden door irrelevante info, zijn slechter dan we denken in statistiek en hebben weinig controle over onze emoties.

Verschillende kritische denkers merkten dit soort irrationele gedragingen op binnen een economisch kader. De klassieke economische theorie, die ervan uitgaat dat we als mens perfect rationeel keuzes maken, kon niet alle gedragingen verklaren. Mensen bleken toch niet zo rationeel te handelen als de economen eerst dachten. In de jaren ’70 ontstond er een nieuwe stroming wat men nu benoemt als ‘gedragseconomie’. De stroming poogt een realistischer beeld te geven van de economie door rekening te houden met psychologische aspecten.

Continue Reading

 

KAA Gent en het belang van het collectief.

Weg titel. Weg Champions League. KAA Gent beleeft momenteel niet zijn beste weken. Pech blijft bovendien de club achtervolgen: Kums zijn seizoen zit er mogelijks op en het is dus niet onwaarschijnlijk dat KAA Gent zonder zijn sterspeler voor plaats drie zal moeten strijden. Vanuit de wetenschap kunnen we echter een gouden tip geven aan KAA Gent: voetbal als een collectief – met een ploeg die niet afhankelijk is van vedette(s).

Continue Reading

 

Van hersenfilter tot keuzemoeheid.

U kent het wel, u moet een keuze maken en kunt niet kiezen tussen de vele opties. Een gevoel van onrust maakt zich van u meester terwijl u naarstig de goede keuze probeert te maken. Kiezen is altijd een beetje verliezen, niet? Mensen hebben het gevoel dat de complexer en drukker wordende samenleving leidt tot keuzemoeheid en meer en meer worden we gebombardeerd met een overload aan informatie, of we ons nu online begeven of in een drukke winkelstraat.

Veel van deze informatie die ons bereikt via advertenties, reclamepanelen, geuren, geluiden,…, heeft als enige doel om ons gedrag en dus ook onze keuzes te beïnvloeden. Men wil namelijk dat je hun producten koopt, hun winkel binnenstapt, enz.

Continue Reading

 

Kan het personaliseren van werk leiden tot “werkbaar werk”?

Het afgelopen jaar werd er veel gedebatteerd rond werkbaar werk, één van de doelstellingen van de huidige regering. In een notendop gaat het hierbij over het creëren en/of aanpassen van het werk zodat het zowel qua werkomstandigheden als op vlak van werkinhoud draagbaar is en motiveert. En finaal resulteert in het feit dat werknemers langer aan de slag kunnen en willen blijven. Als mogelijke oplossing voor werkbaar werk wordt personaliseren van werk en maatwerk naar voor geschoven. Studies ondersteunen dat dit een mogelijk speerpunt kan zijn in het creëren van werkbaar werk, maar verder onderzoek is nodig om na te gaan hoe dit nu precies mogelijk kan gemaakt worden en wat eventuele randvoorwaarden zijn.

Hoe kan werk meer gepersonaliseerd worden?

Personaliseren van werk houdt in dat medewerkers het werk kunnen aanpassen aan hun sterktes, hun behoeftes en hun voorkeuren. Dit kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld aan de hand van tijds-en plaats onafhankelijk werk, maar ook via job crafting en i-deals. Bij job crafting gaan medewerkers vooral kleine aanpassingen in hun job aanbrengen binnen de autonomie die ze zelf hebben, terwijl bij i-deals wijzigingen en afspraken meer in onderling overleg worden vastgelegd. Beide kunnen leiden tot meer personaliseren van het werk. Onderzoek binnen de Securex Leerstoel toont aan dat momenteel bijna 50% van de Belgische werknemers actief inspanningen doen om in overleg met hun werkgever het werk zelf vorm te geven.

Het personaliseren van werk kan leiden tot een betere fit tussen het werk en de werknemer

Via het personaliseren van werk kunnen medewerkers een grotere fit realiseren tussen hun eigen behoeften en voorkeuren en het werk dat ze uitvoeren. Een medewerker zou bijvoorbeeld een unieke opleiding (niet opgenomen binnen het standaardpakket van de organisatie) kunnen volgen om zich verder te kunnen ontwikkelen in zijn/haar job. Dit terwijl een andere persoon met zijn werkgever zou kunnen onderhandelen om slechts 9 maanden op een jaar te werken, zodat hij gedurende de 3 resterende maanden in het buitenland zijn droom kan realiseren bij het uitbaten van een B&B. Zoals je ziet, personaliseren kan in verschillende maten en kleuren afhankelijk van de noden van de medewerker.

Personaliseren van werk kan duurzame inzetbaarheid faciliteren

Onderzoek bij 1083 werknemers in Nederland toont aan dat medewerkers die i-deals onderhandeld hadden, meer gemotiveerd waren om langer te werken. Dan kan het zowel gaan om i-deals die meer flexibiliteit bieden, maar ook i-deals die focussen op persoonlijke ontwikkeling kunnen hier een rol in spelen. Voor deze laatste is het wel cruciaal dat een organisatie ontwikkeling ook stimuleert voor oudere werknemers en niet (enkel) focust op het verlichten van het werk. Daarnaast toont ook onderzoek rond job crafting aan dat dit kan bijdragen tot een meer motiverende omgeving en het welzijn kan bevorderen. Echter, in sommige gevallen kan het personaliseren van het werk ook samengaan met een hoger stress niveau en minder werk-familie balans, wanneer medewerkers bijvoorbeeld wijzigingen aanbrengen in hun job die meer uitdaging met zich meebrengen.

Wetenschap en praktijk bij elkaar brengen rond duurzame inzetbaarheid

Verder onderzoek naar het personaliseren van werk en duurzame inzetbaarheid kan ons meer inzicht geven in de randvoorwaarden die dergelijke praktijken succesvol kunnen maken voor werknemers en werkgevers. Een platform hiervoor wordt geboden op het International Conference on Sustainable Employability dat plaatsvindt van 14-16 september in de Square  Brussels Meeting Centre. Dit congres stelt zich als doel een momentum te creëren waarop de wetenschap en praktijk elkaar ontmoeten rond het concept van duurzame inzetbaarheid. Voor meer informatie over het programma kan u terecht op www.incose.be.

Auteur: Lien Vossaert

Lien Vossaert is doctoraatsstudent aan de Universiteit Gent en houder van de Securex-leerstoel ‘Working in the 21st century: creating business results through a personalized organisation’.

Referenties

  • Bal, P. M., De Jong, S. B., Jansen, P. G. W., & Bakker, A. B. (2012). Motivating Employees to Work Beyond Retirement: A Multi-Level Study of the Role of I-Deals and Unit Climate. Journal of Management Studies, 49(2), 306-331.
  • Chen, C. Y., Yen, C. H., & Tsai, F. C. (2014). Job crafting and job engagement: The mediating role of person-job fit. International Journal of Hospitality Management, 37, 21-28.
  • Liao, C., Wayne, S. J., & Rousseau, D. M. (2014). Idiosyncratic deals in contemporary organizations: A qualitative and meta-analytical review. Journal of Organizational Behavior, n/a-n/a.
  • Van Coillie, H., & Vossaert, L. (2016). Job crafting bij de Belgische Werknemer. Retrieved from Securex website: http://www.securex.be/nl/detail-pagina/White-       paper—Job-crafting-bij-de-Belgische-werknemer/
  • Theerlynck, E., & Vossaert, L. (2014). Werkt tijd- en plaatsonafhankelijk werken? Retrieved from Securex website: http://www.securex.be/nl/detail-pagina/White-paper-Werkt-tijd–en-plaatsonafhankelijk-werken-iets-voor-uw-organisatie/
  • van den Heuvel, M., Demerouti, E., & Peeters, M. C. W. (2015). The job crafting intervention: Effects on job resources, self-efficacy, and affective well-being. Journal of Occupational and Organizational Psychology, 88(3), 511-532.
 

Heeft Donald Trump meer/minder dan 112 volgers op Twitter? Het anchoring effect.

De gemiddelde twitteraar heeft 112 volgers. Denkt u dat dit getal een invloed heeft op uw inschatting van het aantal volgers van Donald Trump? Op zich is er geen directe link tussen deze twee gegevens. En tóch wordt het onderbewustzijn beïnvloed door de aanwezigheid van dit getal. Deze mysterieuze gedachtegang, die men al sinds de 16e eeuw probeert te ontrafelen, werkt dus niet alleen via woorden, maar ook via getallen. Wat als we eerst hadden meegedeeld dat het gemiddeld aantal volgers 211 zou bedragen? Gaf u nog steeds dezelfde schatting voor het aantal Trump-volgers, of zou u deze beduidend hoger gaan inschatten? Het anchoring effect toont aan hoe men het redeneren van mensen op onbewuste wijze kan beïnvloeden en dit door slechts één getal te geven.

Hoe kan dit?

Kahneman (2011), Nobelprijswinnaar in de gedragseconomie, verdeelt ons denkproces in twee systemen: nl. Systeem 1 en Systeem 2. Waar het eerste systeem onze onbewuste, snelle beslisser is, is het tweede systeem de weldoordachte, trage denker. Systeem 1 is het segment dat we het frequentst gebruiken. Dit is te wijten aan een vlottere en snellere toegankelijkheid: het geheel werkt immers instinctief. Daartegenover hebben we Systeem 2. Van dit onderdeel kunnen we enkel gebruik maken wanneer we ons daadwerkelijk concentreren. Ons experiment baseerde zich op de methodiek van Systeem 1 en meer specifiek het anchoring effect dat hierop inspeelde.

Het anchoring-wat?

Het anchoring-effect is een psychologisch fenomeen dat door Strack en Mussweiler in 1997 onderzocht en beschreven werd. In een experiment polsten ze bij 69 studenten naar allerhande inschattingen van getallen. Zo werd o.a. de leeftijd van Gandhi, de gemiddelde wintertemperatuur in Antarctica, het jaartal waarin Einstein voor het eerst de Verenigde Staten bezocht etc. bevraagd. Hierbij maakte men telkens gebruik van eenzelfde type vraag die als het ware een anker vormde in het brein van de lezer. Eén van de vragen was de volgende: “Denk je dat Gandhi ouder of jonger dan 79 jaar is geworden?”. In dit geval is negenenzeventig jaar een hoog ankerpunt. Dit getal gaat als een soort referentielat werken in onze redenering, waardoor we de inschatting van de leeftijd van Gandhi systematisch hoger gaan ramen dan wanneer dit anker laag was geweest (zoals 64 jaar) en we de leeftijd van Gandhi bijgevolg jonger zouden inschatten.

Strack en Mussweiler stelden hiernaast exact dezelfde vraag met een onrealistisch hoog (140 jaar) versus laag (9 jaar) ankerpunt. En inderdaad, opnieuw vonden ze dat deze ankers eenzelfde effect hadden op de inschatting van de leeftijd van Gandhi.

Het anchoring effect in de hedendaagse samenleving

In het kader van het vak gedragseconomie bij prof. Frederik Anseel en prof. Wouter Duyck (UGent) breidden wij het experiment verder uit en focusten ons op de vraag: “Denk je dat de gemiddelde Vlaming meer of minder dan … euro aan het goede doel schenkt?”, met daaropvolgend: “Wat is dit bedrag dan volgens jou?”. Deze vragen stelden we aan 507 participanten, onder meer voorbijgangers aan het Sint-Pietersstation te Gent. Dit in tegenstelling tot Strack en Mussweiler, die hun experiment a.d.h.v. studenten in een labo uitvoerden. Onze ankers waren €25/€250 (realistisch laag versus hoog anker) en €1/€1000 (onrealistisch laag versus hoog anker). Opnieuw werden de antwoorden beïnvloed door deze ankers. Zo was op niveau van realistische bedragen de schatting bij een anker van €250 bijna drie keer hoger dan deze van €25 (nl. €82,50 t.o.v. €28,40). De onrealistisch bedragen zorgden voor een nóg groter effect van het gemiddelde schenkingsbedrag aan het goede doel: de schatting van €1000 bedroeg meer dan zeven keer deze van €1 (€246,11 t.o.v. €34,60).

Manipuleren in de praktijk

Deze inzichten hebben heel wat gevolgen die voor verschillende doeleinden effectief kunnen zijn. Bijvoorbeeld om de gezondheidstrend een boost te geven, zou de overheid affiches kunnen maken met het opschrift “Eet u meer/minder dan vier stukken fruit per dag?”. Deze poster kan dan worden uitgehangen aan de groenten- en fruitafdeling van de supermarkt. Wanneer men deze affiche leest, gaat er onmiddellijk onbewust (Systeem 1) een link worden gelegd tussen vier stukken fruit per dag als een “normale” consumptiehoeveelheid, ook al weet men bewust (Systeem 2) dat dit onrealistisch is. De kracht van dit effect is het sterkst wanneer er onmiddellijk kan worden ingespeeld op het gedrag, hier: het leggen van meer fruit in de winkelkar.

Conclusie

Cijfers en getallen maken een groot deel uit van ons leven: aantal volgers op Twitter, prijzen, temperatuur, afstand, tijd etc. Ook in het dagelijkse leven wordt er in een continue stroom met cijfers omgegaan. Vooral tijdens onderhandelen kan men dit anchoring effect als troef gebruiken. De strategie is simpel: u stelt een bedrag voor die zó belachelijk hoog is, dat men zich automatisch in het niveau van de hogere prijsmarges zal wanen. Omgekeerd kan u natuurlijk ook te werk gaan, nl. een klein bedrag ter tafel brengen om zo een lagere prijs als anker te vestigen. De gegeven voorbeelden zijn niet de enige waarop we dit anchoring effect kunnen toepassen. In eindeloze situaties kan u op subtiele wijze zelf de touwtjes in handen nemen. U kan zelfs mensen overtuigen van de impopulariteit van de meest controversiële presidentskandidaat van deze eeuw.

En voor wie het zich nog zou afvragen: Donald Trump heeft momenteel (7 april 2016) 7.491.265 volgers op Twitter.

Referenties

  • Kahneman, D. (2011). Thinking, fast and slow. New York, VS: Farrar, Straus and Giroux.
  • Strack, F. & Mussweiler, T. (1997). Explaining the enigmatic anchoring effect: Mechanisms of selective accessibility. Journal of Personality and Social Psychology, 73(3), 437-446. doi: http://dx.doi.org/10.1037/0022-3514.73.3.437
  • Paracelsus, P., & Bodenstein, A. v. (1567). Schreiben von den Krankheiten, so die Vernunft berauben. Basel, Zwitserland: Peter Perna.

Auteurs

Vicky Cornelis, Jaak Dhondt, Birgit Merlier, Lukas Puttemans & Ariadne Vanhaverbeke.

 

Agorafoob

Therapie zit soms in kleine dingen…

Auteur: Maarten Van Praet

Maarten Van Praet is bedrijfspsycholoog en huiscartoonist van Mensenkennis.be. Hij werkt momenteel als analyst & marketing consultant bij Synthetron.

 

 

Charisma: waarom de grootste mond altijd wint

Drie vragen en zeven technieken over charisma

In 2012 was ik op een conferentie voor organisatiepsychologen in San Diego. Ik was toen heel enthousiast over een sessie rond het probleem dat de kennis vanuit de organisatiepsychologie niet bekend is en niet gebruikt wordt in het bedrijfsleven. Maar tijdens de eerste presentatie merkte ik van mezelf dat ik eigenlijk niet meer aan het opletten was. Niet dat de inhoud niet degelijk was, maar het was nogal saai. Uit beleefdheid bleef ik wel zitten.

Het is op dat moment dat ik mij bedacht dat dit net het probleem is: als organisatiepsychologen willen dat hun kennis gebuikt wordt in bedrijven, moeten ze misschien toch iets leukere presentaties geven. Als ik als wetenschapper al afhaak, kan je moeilijk verwachten dat zulke presentaties impact gaan hebben op managers. Nochtans was er op dezelfde conferentie een sessie over charismatisch spreken.

Heb je ooit al een keer een nummer luidop fout mee zitten zingen? Jaren lang heb ik Smells Like Teen Spirit van Nirvana verkeerd mee staan brullen op de dansvloer. With the lights out, we’re contagious zong ik altijd. En ik niet alleen gelukkig. Dit lied prijkt in de top van meest fout gezongen liedjes. Tegelijkertijd staat dit nummer ook op nummer 1 in diverse hitlijsten van de beste songs aller tijden en dat in verschillende landen over de hele wereld. Kurt Cobain schreef dit nummer als aantijging tegen de conformistische massa mentaliteit… En net dat nummer staan mensen op dansvloeren over de hele wereld fout mee te zingen, zonder een idee te hebben waar het eigenlijk over gaat. Oh ironie.

It’s all about the melody

We hechten blijkbaar meer belang aan de melodie dan aan de inhoud. Een liedje met een leuke melodie, zonder een echte tekst kan perfect een hit worden. Omgekeerd, een lied met een fantastische tekst maar met een magere melodie, maakt veel minder kans om opgepikt te worden. En dit geldt niet alleen voor muziek, maar voor communicatie in het algemeen: de verpakking heeft drie keer meer impact dan de inhoud van de boodschap. De manier waarop een boodschap gebracht wordt, is voor een publiek eigenlijk belangrijker dan de inhoud van de boodschap.

De grote mond wint

Dit heeft enkele belangrijke gevolgen voor het spreken voor een groep of een publiek. Want dat wil zeggen dat je inhoudelijk weinig te bieden kan hebben, maar toch veel impact hebt op je publiek. Dit heb je vast al wel een keer zelf ondervonden in een vergadering: de persoon met de grootste mond heeft meer impact, los van de inhoud van zijn of haar betoog. Onderzoek in 2010 aan Cornell University toonde bijvoorbeeld aan dat nieuwe ideeën van narcistische mensen op papier niet per se creatiever werden beoordeeld door een jury. Maar wanneer de narcisten hetzelfde idee live konden presenteren voor de jury, werden ze systematisch als creatiever beoordeeld. Met andere woorden, het enthousiasme en de zelfzekerheid van de narcisten beïnvloedde het oordeel van de jury.

Wat we wel kunnen leren van management guru’s

Omgekeerd kan je ook over een unieke expertise beschikken, maar slaag je er misschien niet in om die op een beklijvende manier over te brengen. Met andere woorden, expertise is geen voorwaarde om impact te hebben. Het is vooral deze laatste groep die er baat bij heeft om te weten hoe ze hun expertise op een boeiende manier kunnen verspreiden. En dat hebben wetenschappers onderzocht.Daarvoor hebben onderzoekers management guru’s bestudeerd. Management guru’s zijn namelijk heel sterk in het brengen van een goede melodie in hun boodschap, los van de inhoud van hun boodschap.

Professor Antonakis aan de Universiteit van Lausanne toonde aan dat charisma niet iets is dat je gewoon hebt of niet hebt, maar dat je het kan trainen. Hij bracht 12 technieken in kaart die bepalen hoe charismatisch een persoon gepercipieerd wordt door een publiek. Je kan dus leren om jouw boodschap op een goede melodie te zetten. Met andere woorden, een CEO, een manager of een werknemer die presenteert voor een groep en die deze technieken gebruikt zal charismatischer beoordeeld worden. Bovendien zal  hun boodschap meer impact hebben op hun publiek.

12 charisma technieken

Ik geef jullie alvast enkele technieken mee om voor de spiegel te oefenen. Ik ben er van overtuigd dat als je op deze technieken oefent, dat je dan beduidend meer impact zult hebben op de groep waarvoor je zal spreken.

  • Gebruik persoonlijke anekdotes. In plaats van jezelf voor te stellen, start je je presentatie bijvoorbeeld met een verhaaltje over -ik zeg maar iets- die ene sessie die je op een conferentie in San Diego ooit bijwoonde.
  • Gebruik retorische vragen. Vraag je publiek bijvoorbeeld of ze ooit al een keer een liedje luidop fout hebben meegezongen. Natuurlijk hebben ze dat ooit gedaan.
  • Gebruik metaforen. Vergelijk je inzicht bijvoorbeeld met hoe de melodie van liedjes meer impact heeft dan de tekst.-
  • Speel in op collectieve sentimenten. Mensen herkennen bijvoorbeeld de frustratie van iemand met een grote mond die tijdens een vergadering veel impact heeft, ook al is het eigenlijk gebakken lucht.
  • Spreek vol zelfvertrouwen. Zeg je publiek bijvoorbeeld letterlijk dat je ervan overtuigd bent dat als deze technieken gebuiken, dat ze meer impact zullen hebben op de groep waarvoor ze spreken.
  • Haal morele overtuigingen aan, stel hoge verwachtingen, zet contrasten en maak gebruik van opsommingen.
  • Let daarnaast tijdens het presenteren ook op dat je voldoende gebaren maakt met je lichaam, voldoende je stem laat variëren en dat je variatie brengt in je gezichtsuitdrukkingen.

Schoonheid zit vanbinnen

Nog een laatste advies: focus op de inhoud van de boodschap, niet op de verpakking. De volgende keer dat je naar een management guru luistert, probeer een keer te kijken door de technieken heen naar de eigenlijke inhoud van de boodschap. En omgekeerd, probeer tijdens de volgende vergadering meer rekening te houden met die ene persoon die expertise heeft maar het niet altijd goed kan overbrengen.

Tot slot ben ik er zelf van overtuigd dat wanneer organisatiepsychologen deze technieken zelf toepassen, dat hun kennis wél gebruikt zal worden in het bedrijfsleven.

Over de auteur: Michaël Van Damme

Michaël Van Damme is doctoraatstudent aan de Universiteit Gent en mede-oprichter van het innovatie-adviesbureau The Forge.
Hierbij vind je de bijhorende video van een keynote die Michaël bracht op een TEDx congres: Video.